PO

Discussie over opsplitsing pabo-bevoegdheid

Het kabinet werkt aan een plan om de pabo op te splitsen in twee opleidingen: één voor het jonge en één voor het oudere kind. De reacties zijn wisselend. “We gaan het wetsvoorstel dat de minister hierover heeft ingediend – en de komende conclusies van de commissie Onderwijsbevoegdheden – verder bespreken met onze leden”, zegt AOb-bestuurder Jelmer Evers.

Tekst Webredactie - - 4 Minuten om te lezen

bevoegdheden

Beeld: Typetank

Volgens een wetsvoorstel waarop tot eind januari commentaar kan worden geleverd, komen er in het onderwijs twee nieuwe bevoegdheden bij: eentje voor het onderwijs aan het jonge kind en een voor onderwijs aan het oudere kind.

Verder komt de commissie Onderwijsbevoegdheden binnenkort met een advies. Dat advies zal over meer gaan dan alleen de bevoegdheden voor het basisonderwijs, maar de verwachting is dat de opsplitsing van de pabo-bevoegdheid er wel onderdeel van uitmaakt. De timing van dit wetsvoorstel verrast de AOb. “Vlak voor kerst komt het kabinet met een consultatie over een wetsvoorstel”, zegt AOb-bestuurder Jelmer Evers. “Die consultatie staat tot 1 februari open, terwijl iedereen ondertussen reikhalzend uitkijkt naar het eerste advies van de commissie Onderwijsbevoegdheden.”

En er is een groot risico dat schoolbesturen met name breed opgeleide leraren aannemen, vanwege de brede inzetbaarheid

De splitsing van de pabo-bevoegdheid was al opgenomen in het regeerakkoord en op de uitvoering ervan werd vorig jaar nog eens gehamerd door de Tweede Kamer. De AOb was tot nu geen voorstander van zo’n splitsing, zegt Evers. “Door splitsing van de huidige pabo-bevoegdheid zijn leraren minder breed inzetbaar. Je verkleint de mogelijkheden om in te vallen bij ziekte van een collega. En bij krimp of reorganisatie ben je minder breed herplaatsbaar, waardoor je baanzekerheid afneemt.”

Risico

Als het wetsvoorstel wordt aangenomen zijn er straks in het basisonderwijs drie bevoegdheden naast elkaar: een voor het jonge kind, een voor het oudere kind en een voor het jonge én oude kind. Evers: “Welke leraar wil je als school dan voor de klas hebben? Zijn er straks klassen die een gespecialiseerde juf of meester hebben en andere klassen met ongespecialiseerde juffen en meesters? Er is een groot risico dat schoolbesturen met name breed opgeleide leraren aannemen, vanwege de brede inzetbaarheid.”

En misschien word je, ook als jongen, opeens toch gegrepen door het kleuteronderwijs

De belangrijkste reden achter het plan voor opsplitsing van de bevoegdheden is dat de pabo dan aantrekkelijker wordt voor jongens. Die jongens kunnen dan in hun opleiding alles overslaan wat te maken heeft met het onderwijs aan kleuters. AOb-leden die lesgeven aan de pabo nuanceerden dat verhaal. Evers. “Zij onderstreepten het belang dat iedereen een stage in het kleuteronderwijs moet volgen. Omdat je er zo ontzettend veel van leert. En misschien word je, ook als jongen, opeens toch gegrepen door het kleuteronderwijs. Er zijn genoeg meesters die met veel plezier in groep 1 en 2 staan – en genoeg juffen in groep 8.”

Kleuterjuffen

Aan de andere kant is er binnen de AOb wel discussie ontstaan over het onderwijs in groep 1 en 2. Uit de enquête over onderwijsbevoegdheden blijkt dat een meerderheid van de deelnemers een aparte bevoegdheid voor het jonge kind ondersteunt, maar een meerderheid ook waarde hecht aan de brede inzetbaarheid. Kleuterjuffen en -meesters hechten dan weer veel minder waarde aan brede inzetbaarheid dan leerkrachten groep 3-8.

“In de bijeenkomsten die we vervolgens met leraren hebben georganiseerd, hoorden we dat de kennis over onderwijs aan kleuters steeds minder aandacht krijgt”, zegt Evers. “Er is te weinig aandacht voor de ontwikkelingspsychologie en de taalontwikkeling van het jonge kind en er is ook te weinig praktijkervaring.”

Spelen

Dat laatste is niet alleen aan de pabo’s het geval, maar ook op de scholen. Uit de drukbezochte online bijeenkomsten die AOb en CNV met leraren organiseerden blijkt dat het onderwijs in de lagere groepen steeds formeler wordt. Er is steeds minder ruimte voor ‘spelend leren’ en dat remt de ontwikkeling van kleuters.

Over deze kwesties wordt binnen de AOb verder gepraat. Evers: “Je zou kunnen starten met een gemeenschappelijke basis van bijvoorbeeld één jaar en daarna specialiseren. Zo zou je de huidige specialisatie ‘jonge kind’, die op dit moment al op veel pabo’s bestaat, versterken.”

Gratis

Als de minister en de Kamer toch besluiten om de pabo te splitsen in opleidingen voor twee bevoegdheden, zorg dan in elk geval dat er snelle – en gratis - standaardtrajecten komen waarmee leraren ook de tweede bevoegdheid kunnen halen, zegt Evers. “Dan houden we in elk geval de brede inzetbaarheid in stand.”

Leraren zijn geen voorstander van een brede basisopleiding voor het hele funderend onderwijs

Naast deze kwestie komt binnenkort ook de commissie Onderwijsbevoegdheden met een advies. Ook hierbij is de AOb niet betrokken. De verwachting is dat deze commissie komt met een plan voor één brede basisopleiding voor alle lerarenopleidingen, met daar bovenop een stelsel van specialisaties. Dit was in elk geval het advies van de Onderwijsraad, waarop de commissie Onderwijsbevoegdheden voortborduurt.

Uit onderzoek onder AOb-leden blijkt dat leraren geen voorstander zijn van een dergelijke brede basisopleiding voor het hele funderend onderwijs. Wel signaleren leraren, zo bleek uit de enquête en uit de online bijeenkomsten, knelpunten in het huidige onderwijs. Zoals de afnemende aandacht voor het kleuteronderwijs en voor het lesgeven in het speciaal onderwijs en het mbo.

Discussie

Zodra het rapport van de commissie Onderwijsbevoegdheden is gepubliceerd gaat de discussie binnen de AOb verder, zegt Evers. “Op basis daarvan beslissen we dan of we een nieuw standpunt moeten innemen.” Leden kunnen zich uitspreken via de verschillende sectorraden en op online bijeenkomsten. Evers: “Ik hoop dat zoveel mogelijk leden zich hierbij aansluiten. Houd de agenda in de gaten en praat vooral mee. In de tussentijd kunnen leden zelf hun mening laten horen via de internetconsultatie.”