Er zijn, vooral in de grote steden, veel minder mensen naar de stembus zijn gegaan dan vier jaar geleden. In Rotterdam is de opkomst uitgekomen op 39 procent. Dat is historisch laag. Minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken) voelt zich geroepen om de reden van de lage opkomst te gaan achterhalen.
Het is volgens de minister nog niet duidelijk of er 'lokale omstandigheden of landelijke zaken' speelden waardoor er minder mensen naar de stembus lijken te zijn gegaan dan vier jaar geleden. "Voor ons is het in de analyse heel belangrijk om te kijken: wat zijn de oorzaken van de lage opkomst."
Teleurstellend
Burgemeester Ahmed Aboutaleb noemt het opkomstcijfer in zijn stad 'teleurstellend'. Ook in Amsterdam is de opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen lager vergeleken met de verkiezingen van vier jaar geleden. De gemeente meldt dat dit keer 46 procent van de kiesgerechtigde Amsterdammers een stem heeft uitgebracht. In 2018 was dat 52,2 procent.
Vier jaar geleden lag de opkomst in Rotterdam nog op 46,7 procent. In Rotterdam blijft Leefbaar Rotterdam de grootste partij, volgens de voorlopige uitslagen.
Den Haag
Ook in de andere grote steden is de opkomst laag. In Den Haag heeft 43 procent van de kiesgerechtigde inwoners een stem uitgebracht. Ook dat getal is lager dan vier jaar geleden, toen was de opkomst 48 procent.
In Utrecht is 56,4 procent van de stemgerechtigden deze verkiezingen naar de stembus gegaan. Dat is een iets lagere opkomst van vier jaar geleden, toen 59 procent ging stemmen.
Traditioneel laag
De opkomst van de gemeenteraadsverkiezingen ligt traditioneel laag. Vier jaar geleden lag de landelijke opkomst nog op 55 procent. Dat cijfer is voor deze verkiezingen nog niet bekend.
Een lage opkomst is doorgaans gunstig voor partijen met een trouwe achterban; zoals bijvoorbeeld de ChristenUnie en de SGP.
